Financiële hoofdlijn

Een degelijk en solide financieel beleid blijft een belangrijke ambitie voor ons College. De ingezette koers van een structureel meerjarig sluitende begroting (begrotingsevenwicht) blijft gehandhaafd. Uitgangspunt van ons financiële beleid in 2020 en volgende jaren is dat in het eerste jaar en het laatste jaar de begroting sluitend is. Dat is in overeenstemming met de provinciale kaders.

Tekorten Jeugdzorg
We verwachten, zoals eerder beschreven, blijvend hoge kosten voor Jeugdzorg, vooral ontstaan door de rijksbezuinigingen, het gehanteerde verdeelmodel en een toenemend zorgverbruik. In 2018 is een stelselwijziging doorgevoerd waarbij we met vastgestelde profielen werken en bijbehorende bekostiging. De laatste jaren is fors gekort op de tarieven van de aanbieders, waarvan er enkelen zijn die inmiddels in zwaar weer verkeren. We verwachten dat hierdoor de komende jaren een verder mitigerend effect op de uitgaven bereikt wordt.

In 2020 wordt over 2019 voor de laatste keer verevend op basis van de huidige afspraken tussen Weert-Nederweert-Leudal. Daarna is bestuurlijk de intentie uitgesproken hiermee door te gaan. Door de verdere integratie van onze budgetten in de begroting en het opgaan van de uitkering voor jeugd in het Gemeentefonds zullen we met Weert en Nederweert nieuwe afspraken maken over de inhoud van de verevening.

Ons standpunt is dat de uitgaven voor de Jeugdzorg niet wezenlijk verschillen van de overige gemeentelijke uitgaven, zodat deze uitgaven een deel zijn van de reguliere begroting. Hierbij tekenen wij aan dat een goede Jeugdzorg zelf al een belangrijke preventie betekent voor latere uitgaven in het kader van o.a. het participatiestelsel, gezondheidszorg en de WMO. Dat neemt niet weg dat we kritisch dienen te blijven kijken naar de uitgaven en samen met onze samenwerkingspartners, Weert en Nederweert en ook de zorgaanbieders enz. blijven streven op een verdere beheersing/demping van het uitgavenpatroon.

Bezuinigingen
Zoals gezegd ontkomen wij niet aan het maken van ingrijpende keuzes in beleid en uitvoering. Keuzes die ook grote gevolgen kunnen hebben voor onze inwoners. Uiteraard proberen wij die gevolgen zo klein mogelijk te maken.

Bij de samenstelling van het pakket aan bezuinigingsmaatregelen hebben wij de volgende uitgangspunten gehanteerd:

  1. Wij accepteren een kleine verhoging van de gemeentelijke lasten, omdat we immers ook meer voorzieningen voor onze inwoners financieren, zoals bij de Jeugdzorg en de WMO. Daarnaast hebben wij een van de laagste woonlastenniveaus van Limburg, maar zeker niet het laagste voorzieningen niveau.
  2. Wij handelen bestuurlijk zorgvuldig door partners, die voor hun functioneren afhankelijk zijn van gemeentelijke financiering, voldoende tijd te geven om tot aanpassing van hun werkwijze te komen.
  3. Wij analyseren de huidige begroting en ons uitgavenpatroon dusdanig dat we de ruimte die we daarin zien, gebruiken voor bezuinigen.
  4. Wij besparen zo min mogelijk op subsidies die voor het voortbestaan van de instellingen in onze gemeente belangrijk zijn.
  5. Op Jeugdzorg leggen wij een grote taakstelling, die we samen met Weert en Nederweert vormgeven, omdat we vinden dat de Jeugdzorg een naar verhouding veel te groot beslag legt op onze financiële middelen.

De bezuinigingen zijn verder uitgewerkt in paragraaf 1.3

Het geactualiseerd meerjarig perspectief

Na vaststelling van de 1e raadsrapportage hebben o.a. de Kadernota, meicirculaire en een aantal correcties/aanvullingen en de nieuwe initiatieven invloed op het meerjarig financieel perspectief. Het geactualiseerde meerjarig perspectief voor onze gemeente ziet er als volgt uit:

(bedragen x 1.000)

B *

2020

2021

2022

2023

Stand primaire programmabegroting 2019

-253

230

1.790

1.790

Structurele doorwerkingen 1e rarap 2019

62

-496

-773

910

Reeds geaccordeerde raadsvoorstellen

-71

-126

-275

-560

Mutaties in de kapitaallasten

59

-36

232

284

Meicirculaire 2019

1.112

876

-32

-56

Start programmabegroting 2020-2023

909

448

942

2.368

Kwaliteitsverbetering organisatie

-300

EB 1

Kwaliteitsverbetering organisatie

300

Warme sanering varkenshouderijen

pm

pm

Subsidie muziekonderwijs

-55

Subsidie bibliotheekwerk

-27

Subsidieregeling gemeenschapshuizen

-76

Integriteitsonderzoek wethouders

-5

Incidentele claims

-158

-5

Bijdrage VRLN

-177

-196

-201

-215

Ondermijning

-17

-17

-17

-17

Bijdrage GGD

-60

-60

-60

-60

Energietransitie

-50

-50

-50

-50

Synthese

-38

-38

-38

-38

Invoering en uitrol combinatiefunctionarissen

-100

-100

-100

-100

Jeugdzorg

-4.148

-3.899

-4.124

-4.209

Bijstellen budgetten Heikei

-7

-7

-7

-7

Omnibuzz

-8

-9

-10

-22

Bijstelling budgetten WMO

-162

-162

-162

-162

BSGW verhoogde bijdrage uitvoeringskosten

-33

-36

-39

-53

Digitalisering archiven

-40

-40

-40

E-facturering

-12

-12

-12

-12

Structurele claims

-4.812

-4.626

-4.860

-4.985

Stand na claims

-4.061

-4.178

-3.923

-2.617

1

Maatschappelijke besparing (aanscherping subsidies)

100

100

100

2

Dekking subsidie gemeenschapshuizen uit MJOP

76

3

Doorschuiven kapitaallasten majeure projecten

925

433

266

54

4

Vrijval reserve majeure projecten

596

5

Aframing budget verkiezingen

58

6

Inzet oude reserve 3D

1.175

1.071

Incidentele dekking

2.930

1.604

366

54

7

Dekking Synthese

38

38

38

38

8

Bezuining e -facturering

12

12

12

12

9

Verlaging budget Westrom

46

95

127

241

10

Bijstelling budget brandweer

54

54

54

54

11

Aframing budget externe adviezen

120

120

120

120

12

Aanvullende middelen Jeugd

400

400

13

Structurele budgettaire besparing

318

318

316

316

14

Legesonderzoek

0

0

0

0

15

Aframing budget MJOP

250

250

pm

16

Werkbedrijf Leudal

100

200

300

400

Structurele dekking

688

1.087

1.617

1.581

Stand na dekkingsvoorstellen

-443

-1.487

-1.940

-982

EO 1

OZB verhoging, 3 jaar met 2%

117

236

357

357

EO 2

Bezuining onderhoud groen buitengebied (B --> C)

121

121

121

121

EO 3

P-taakstelling

125

250

EO 4

Taakstelling Jeugd

200

1.200

1.200

EO 5

Taakstelling Griffie

50

50

Totaal extra opties

238

557

1.853

1.978

Incidentele aanwending Algemene reserve

205

930

87

Programmabegroting

0

0

0

996

*B refereert aan het nummer zoals deze wordt genoemd in onderdeel 1.3 bezuinigingen

(bedrag x 1.000)

Presentatie van het structureel begrotingssaldo

2020

2021

2022

2023

Saldo baten en lasten

-1.000

-1.300

-1.098

400

Saldo toevoegingen en onttrekkingen aan reserves

1.910

1.748

2.040

1.968

Start programmabegroting 2020-2023

909

448

942

2.368

Structurele claims

-4.812

-4.626

-4.860

-4.985

Structurele dekking

688

1.087

1.617

1.581

Structurele extra opties

238

557

1.853

1.978

Structurele mutaties

-3.887

-2.983

-1.390

-1.426

Incidentele claims

-158

-5

Incidentele dekking

2.930

1.604

366

54

Incidentele aanwending algemene reserve

205

930

87

Incidentele mutaties

2.978

2.535

448

54

Begrotingssaldo 2020 - 2023 na mutaties

0

0

0

996

De presentatie van het structureel begrotingssaldo laat het effect zien van de incidentele en structurele claims, dekkingsvoorstellen en extra aanvullende bezuinigingsvoorstellen.
De definitieve keuzes, welke tijdens de begrotingsbehandeling worden gemaakt, hebben invloed op de uiteindelijke stand.
Voor de doorrekening van bovenstaande voorstellen verwijzen wij naar onderdeel 4.4 van de financiële bijlagen.

Financieel beeld Lange Termijn Ontwikkelingen
Bij de vaststelling van de begroting 2015-2018 is een aantal maatregelen genomen om de financiële huishouding op orde te brengen. Bij de vaststelling van de begroting 2018-2021 is een aantal van deze maatregelen gerealiseerd en/of verzacht. In onderstaande tabel zijn de resterende maatregelen opgenomen.

(bedrag x 1.000)

Maatregel

2020

2021

2022

2023

Vastgoed*

210

175

175

175

Accommodaties

210

175

175

175

Personeel en organisatie

209

359

359

359

*enkel afboeken bij exploitatiebesparingen verkoop vastgoed

Dekkingsreserve kapitaallasten
De systematiek kapitaallasten is ingericht conform de financiële verordening ex artikel 212 en dus toegepast in de begroting 2020. De wijze waarop de bestemmings- en dekkingsreserves gevoed worden, zijn heroverwogen bij het opstellen van de nieuwe nota reserves en voorzieningen.

Reserves en voorzieningen
Eind 2018 is een nieuwe nota reserves en voorzieningen opgesteld voor de jaren 2019-2022. Hierin is de wijze bepaald waarop we omgaan met alle reserves en voorzieningen, gegeven de actuele stand en de verwachte ontwikkelingen.

Vastgoed
Zie paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen 3.3.

ga terug